Download our 2025 Post-Omnibus Market Pulse Report

With exclusive insights from 250+ companies, we break down how businesses are responding to the Omnibus Proposal, the growing role of voluntary reporting, and what it all means for your ESG strategy.

🎉 Thank you!
Your submission has been received!
Oops! Something went wrong while submitting the form.

Een gesprek met Philippe Diaz over EFRAG en CSRD

Geschreven door
Jasper Akkermans - Sustainability researcher bij Coolset
December 20, 2024
8
min lezen

{{omnibus}}

Sinds de aankondiging in 2021 heeft de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) voor veel discussie gezorgd over duurzaamheid en de rol ervan in bedrijfsstrategieën in Europa. Een van de sleutelfiguren in de implementatie is Philippe Diaz, een duurzaamheidsexpert met een carrière die zich uitstrekt over regio's en sectoren, en een belangrijke speler in de ontwikkeling van Europese Duurzaamheidsrapportagestandaarden (ESRS).

Met uitgebreide ervaring in duurzame financiën en biodiversiteit, heeft Philippe een centrale rol gespeeld in het ontwikkelen van standaarden die bedrijfspraktijken afstemmen op wereldwijde duurzaamheidsdoelen. We spraken met Philippe over zijn rol bij de EFRAG en zijn kijk op de grote vragen in de huidige duurzaamheidsrapportagelandschap.

Van WWF naar EFRAG

Philippe Diaz begon zijn reis in duurzaamheid met een focus op rapportage en strategie in de MENA-regio, Centraal-Amerika en de EU. In 2020 verschoof zijn werk naar duurzame financiën, wat leidde tot een dubbele rol bij EFRAG en WWF Duitsland.

“Ik zou mezelf geen biodiversiteitsexpert noemen, maar ik was een van de weinigen bij EFRAG met toegang tot biodiversiteitskennis via mijn werk bij WWF. Dat gaf me een unieke positie om de ontwikkeling van ESRS E4 Biodiversiteit en Ecosystemen te ondersteunen.” Reflecterend op de uitdaging voegt Philippe toe: “Het ging niet alleen om het schrijven van standaarden; het ging erom deze standaarden zinvol en uitvoerbaar te maken voor bedrijven wereldwijd.”

Hij beschrijft zijn werk daar als diep technisch maar inherent politiek: “Het mandaat van EFRAG is om in het publieke belang te handelen, niet noodzakelijkerwijs in lijn met de verwachtingen van de zakenwereld. Het navigeren van deze vaak tegenstrijdige belangen is een kernuitdaging.”

Het politieke en financiële landschap van EFRAG

Het verkrijgen van voldoende financiering is een voortdurende uitdaging voor EFRAG, een organisatie die Philippe beschrijft als het hart van duurzaamheidsrapportage in Europa. Hij wijst op een aanzienlijke ongelijkheid in financiering tussen EFRAG en zijn wereldwijde tegenhanger, de International Sustainability Standards Board (ISSB), die aanzienlijke financiële en politieke steun ontving van de zakenwereld.

“De financiering van EFRAG is in de loop der jaren iets gestegen, maar blijft in de enkele miljoenen,” legt Philippe uit. In schril contrast daarmee ontving de ISSB, onderdeel van de IFRS Foundation, meer dan het dubbele na zijn oprichting – van €30 miljoen naar bijna €80 miljoen. “Als je het geld volgt, is het duidelijk waar de prioriteiten liggen.”

Ondanks deze financiële beperkingen heeft EFRAG aanzienlijke vooruitgang geboekt, deels dankzij extra financiering van de Europese Commissie. Philippe erkent de verbetering maar blijft kritisch. “Het is beter dan twee of drie jaar geleden,” merkt hij op, “maar nog steeds verre van voldoende voor de omvang van de taak. EFRAG moet CSRD implementeren – een richtlijn die duizenden bedrijven beïnvloedt – met een budget dat ik een schamel zou noemen vergeleken met zijn wereldwijde tegenhangers.”

Naast financiële uitdagingen staat EFRAG ook voor politieke tegenwind. Philippe licht de complexiteit toe van het navigeren door diverse belanghebbendenverwachtingen: “Het mandaat van EFRAG is om in het publieke belang te handelen, wat niet altijd in lijn is met de belangen van de zakenwereld. Helaas worden die twee veel te vaak verward, zowel binnen EFRAG als in het publieke debat.”

Hij wijst op de bredere uitdagingen van het afstemmen van duurzaamheidsdoelen met de verwachtingen van zakelijke belanghebbenden: “EFRAG is er niet om de zakenwereld te plezieren. Het is er om te zorgen voor afstemming met duurzaamheidsdoelen zoals voorgeschreven door de Europese Commissie. Het navigeren van die ruimte is ongelooflijk uitdagend, vooral nu met de politieke druk op de Europese Green Deal zelf.”

De politieke dynamiek heeft ook de interne operaties van de organisatie gevormd. “Ons werk zou puur technisch moeten zijn,” legt Philippe uit, verwijzend naar de Sustainability Reporting Technical Expert Group, “maar gezien de politieke tegenwind voelt dat niet altijd zo.”

Volgens Philippe zijn deze drukpunten symptomatisch voor de grotere spanning tussen duurzaamheidsvereisten en economische prioriteiten. “Er zal altijd weerstand zijn wanneer je probeert externe effecten te internaliseren die onopgemerkt zijn gebleven,” zegt hij. “Maar als EFRAG wil slagen in zijn mandaat, moet het standvastig blijven, zelfs wanneer de politieke wind draait. Dit gaat over het creëren van een basis voor langdurige veerkracht, niet voor kortetermijntevredenheid.”

Inspelen op zorgen van belanghebbenden

Naarmate de implementatie van de ESRS vordert, komt er steeds meer kritiek van bedrijven en brancheën over de vermeende complexiteit en kosten van compliance, vooral bij materialiteitsbeoordelingen. Hoewel deze zorgen in de publieke discussie terrein winnen, biedt Philippe een ander perspectief.

“Er is veel rumoer over de complexiteit van duurzaamheidsrapportage,” begint Philippe. “Maar als je het vergelijkt met financiële rapportagestandaarden, valt het argument snel weg. Financiële rapportage omvat ongeveer drie keer zoveel datapunten als de ESRS, maar krijgt lang niet zoveel kritiek.”

Philippe wijt een deel van de weerstand aan de evoluerende aard van duurzaamheidsrapportage. “De principes van impact en materialiteit in duurzaamheidsrapportage zijn nieuwere concepten voor veel organisaties,” legt hij uit. “Bedrijven leren nog steeds hoe ze deze kaders in hun bestaande processen kunnen integreren. Die leercurve is steil, vooral voor bedrijven die niet eerder diepgaand met duurzaamheid bezig waren. Maar het antwoord is niet om de principes te verwateren voor het gemak.”

Een twistpunt is de dubbele materialiteitsbeoordeling zelf, een kernonderdeel van de ESRS dat bedrijven verplicht zowel hun impact op milieu en samenleving als de risico's en kansen voor het bedrijf te evalueren. Philippe erkent de inspanning die nodig is, maar ziet het als essentieel voor zinvolle rapportage. 

“Materialiteit is niet zomaar een nalevingsoefening,” stelt hij. “Het is een cruciaal instrument om te begrijpen wat echt belangrijk is, zowel qua impact van een bedrijf op de wereld als de risico's die het loopt. Zonder dat wordt rapportage oppervlakkig en losgekoppeld van de realiteit.”

Hij erkent echter dat er ruimte is voor verbetering in het proces. “Er zijn elementen van de ESRS die vereenvoudigd kunnen worden,” geeft Philippe toe. “Bijvoorbeeld, bepaalde datapunten onder ESRS E1 [klimaatverandering] en ESRS S1 [werknemers] zijn onderworpen aan materialiteitsbeoordelingen, hoewel ze waarschijnlijk voor de meeste bedrijven materieel zijn. Door sommige van deze elementen standaard verplicht te maken, kunnen bedrijven worden ontlast van de last om hun materialiteit aan de auditor te bewijzen.”

Ondanks deze nuances gelooft Philippe dat veel van de weerstand voortkomt uit een onwil om prioriteiten te verschuiven. “Laten we eerlijk zijn, de kosten van duurzaamheidsrapportage worden vaak overdreven. Bedrijven zijn gewend aanzienlijk meer uit te geven aan financiële rapportage, en toch is er geen vergelijkbare verontwaardiging. Duurzaamheidsrapportage bestrijkt veel complexere kwesties – biodiversiteit, mensenrechten, klimaatimpact – en we moeten de waarde ervan erkennen bij het aanpakken van deze uitdagingen.”

Volgens hem weerspiegelt de tegenwerking tegen de ESRS een diepere weerstand tegen verandering. “Duurzaamheid en winstgevendheid komen niet altijd perfect overeen,” merkt Philippe op. “Maar als we serieus zijn over het aanpakken van klimaatverandering en biodiversiteitsverlies, moeten we deze uitdaging aangaan, niet ervoor weglopen.”

Voorbereiden op de eerste golf van CSRD-rapporten

Met de eerste ESRS-rapporten die in 2025 voor 2024-data moeten verschijnen, benadrukt Philippe Diaz de noodzaak van vroege en gerichte voorbereiding, vooral voor bedrijven die nieuw zijn in duurzaamheidsrapportage. “De reikwijdte van CSRD is enorm, en veel bedrijven hebben nog nooit met kaders zoals het Global Reporting Initiative (GRI) gewerkt,” legt hij uit. “Voor hen is de leercurve steil en fouten kunnen kostbaar zijn.”

Centraal in Philippe’s advies staat het belang van een solide dubbele materialiteitsbeoordeling. “Materialiteit is niet zomaar een vinkje – het is de basis van effectieve rapportage,” benadrukt hij. “Zonder dat riskeren rapporten generiek of niet-nalevend te zijn.” Hij waarschuwt echter voor verouderde praktijken, met name een te grote afhankelijkheid van stakeholderbetrokkenheid. “Enquêtes alleen zijn onvoldoende,” merkt hij op. “Ze zijn vaak te breed en onthullen geen kritieke kwesties. Een slecht uitgevoerde materialiteitsbeoordeling kan leiden tot verspilde moeite of erger – het later opnieuw moeten doen.”

Philippe noemt opvallende voorbeelden van gebrekkige benaderingen: “Banco Santander, met 200.000 werknemers, concludeerde in hun rapport dat personeelskwesties niet materieel waren. Dat is een rode vlag en toont de risico's van het nemen van shortcuts.” Hij adviseert bedrijven zich te richten op precisie. “Het gaat niet om iedereen vragen; het gaat om het betrekken van de juiste mensen en het gebruik van data om beslissingen te sturen.”

Voor bedrijven die zich voorbereiden op de eerste golf is het advies van Philippe duidelijk: “Begin nu en zet middelen in. Neem materialiteit serieus – het is de basis van alles. En behandel dit niet als een vinkjesoefening. Shortcuts kosten je uiteindelijk meer.”

Terwijl bedrijven navigeren door de vereisten, is Philippe’s boodschap er een van zowel voorzichtigheid als optimiMKB. “De bedrijven die vandaag in dit proces investeren, zullen beter gepositioneerd zijn voor de uitdagingen die voor ons liggen – en klaar om bij te dragen aan een duurzamere toekomst.”

De weg vooruit: Trends en uitdagingen

Vooruitkijkend schetst Philippe Diaz een gemengd beeld van de toekomst van duurzaamheidsreguleringen in Europa. Hoewel hij een sterke voorstander blijft van het transformatieve potentieel van de ESRS, verwacht hij ook tegenwind die de vooruitgang zou kunnen vertragen. “Mijn eerlijke verwachting is dat we een terugdraaiing zullen zien. Er is een systemische weerstand tegen verandering, vooral omdat de economische en financiële systemen moeite hebben om zich aan te passen aan de realiteit van planetaire grenzen.”

Deze spanning, legt Philippe uit, ontstaat omdat duurzaamheid en winstgevendheid niet altijd comfortabel naast elkaar bestaan. “De fundamentele uitdaging is dat het huidige economische systeem niet geschikt is om binnen onze planetaire grenzen te opereren,” stelt hij. “Die weerstand is niet alleen theoretisch – het speelt zich al af. Wat we vandaag zien, met de Green Deal die steeds meer politieke tegenwind ondervindt, is een symptoom van dat grotere probleem.”

Philippe gelooft dat sectorspecifieke standaarden de geloofwaardigheid en vergelijkbaarheid van duurzaamheidsrapporten aanzienlijk kunnen verbeteren. “Op dit moment laten materialiteitsbeoordelingen te veel ruimte voor interpretatie,” legt hij uit. “Twee bedrijven met exact hetzelfde bedrijfsmodel kunnen tot volledig verschillende conclusies komen over wat materieel is. Dat ondermijnt de consistentie en het vertrouwen in het systeem.” Door materiële kwesties op sectorniveau te standaardiseren, stelt hij, “kunnen we de ruimte voor greenwashing verkleinen en een rapportagelandschap creëren dat veel geloofwaardiger en actiegerichter is.”

Philippe benadrukt dat sectorspecifieke standaarden ook aanzienlijke voordelen bieden voor investeerders en belanghebbenden door de vergelijkbaarheid te vergroten. “Voor investeerders is dit cruciaal,” zegt hij. “Wanneer elk bedrijf in een sector rapporteert over dezelfde materiële onderwerpen, biedt het duidelijkheid, vermindert het ruis en versterkt het de besluitvorming. Je vergelijkt niet langer appels met peren.”

Philippe waarschuwt echter dat het bereiken van deze visie politieke en institutionele steun vereist. “Als de sectorspecifieke standaarden worden gedeprioriteerd of vertraagd, zullen bedrijven blijven worstelen met de ambiguïteit van entiteitsspecifieke openbaarmakingen,” legt hij uit. “We hebben deze standaarden nodig om te worden afgerond en afgedwongen om bedrijven, auditors en belanghebbenden een duidelijk kader te bieden om mee te werken.”

Ondanks de uitdagingen blijft Philippe’s visie helder: robuuste, consistente en sectorspecifieke standaarden zijn de sleutel om ervoor te zorgen dat duurzaamheidsrapportage zijn belofte waarmaakt. “Dit gaat niet om perfectie,” concludeert hij. “Het gaat om vooruitgang. Sectorspecifieke standaarden zullen ons helpen daar te komen – het proces voor bedrijven vereenvoudigen, het vertrouwen voor belanghebbenden vergroten en uiteindelijk de actie stimuleren die we nodig hebben om een duurzamere toekomst te creëren.”

Conclusie: Een oproep tot actie

Philippe’s inzichten benadrukken het transformatieve potentieel van duurzaamheidsrapportage, waarbij het veel meer wordt gepositioneerd dan een nalevingsoefening. Voor hem vertegenwoordigt het een cruciale kans om systemische verandering te stimuleren, bedrijven af te stemmen op langetermijndoelen van de samenleving en de dringende milieuproblemen van onze tijd aan te pakken. 

“De ESRS gaan niet alleen over het afvinken van vakjes of het publiceren van een rapport – ze gaan over het heroverwegen van hoe bedrijven hun impact en risico's begrijpen. Goed uitgevoerd, wordt het een instrument voor veerkracht, strategie en leiderschap.”

Zijn boodschap aan bedrijven die zich voorbereiden op CSRD is duidelijk en direct: “Begin vroeg, zet de juiste middelen in en neem materialiteit serieus. Dit is niet iets dat je halfslachtig kunt benaderen. Materialiteit is de ruggengraat van duurzaamheidsrapportage – zonder dat valt het hele proces uit elkaar.”

Philippe benadrukt ook dat bedrijven duurzaamheidsrapportage als een investering moeten zien in plaats van een last. “De kosten van rapportage worden vaak overdreven, vooral in vergelijking met financiële rapportage. Maar de voordelen – grotere transparantie, beter risicomanagement en sterkere veerkracht – wegen ruimschoots op tegen de inspanning. Behandel het als een kans, niet alleen als een regelgevend obstakel.”

Uiteindelijk strekt Philippe’s oproep tot actie zich verder uit dan compliance tot iets diepers: een toewijding aan transparantie, verantwoording en vooruitgang. “Dit gaat over het creëren van een toekomst waarin bedrijven binnen planetaire grenzen opereren en mensenrechten respecteren,” concludeert hij. “De bedrijven die dit vandaag serieus nemen, zullen morgen de leiding hebben. We hebben geen tijd te verliezen.”

Note: This article is based on the original CSRD and ESRS. Following the release of the Omnibus proposal on February 26, some information may no longer be accurate. We are currently reviewing and updating this article to reflect the latest regulatory developments. In the meantime, we recommend reading our Omnibus deep-dive for up-to-date insights on reporting requirements.

Read the Omnibus article here

Geupdate op maart 24, 2025 - Dit artikel bevat de laatste EU Omnibus updates en is accuraat vanaf maart 24, 2025. De inhoud is herzien om de meest actuele richtlijnen voor ESG-rapportage in Europa te bieden.

Zie Coolset in actie
Ontdek de belangrijkste functies en gebruiksmogelijkheden van Coolset.
Demo wordt niet ondersteund
op mobiele schermen
Kom alsjeblieft terug op een groter scherm
om deze demo te ervaren.
Dit is een voorbeeldvenster. Klik hieronder om de demo in een groter formaat te zien.
Alle producttours bekijken
Sustainability Legislation Checker
Legislation Checker Icon

Find out which EU regulations are relevant for your company

Not sure which ESG regulations apply to your business? Use our interactive tool to get a clear answer in under 4 minutes - covering CSRD, CBAM, EUDR, CSDDD, EU Taxonomy, and SFDR.

Your applicable sustainability legislations

EUDR Compliance Checker
EUDR Checker Icon

Find out if your company needs to comply with the EU Deforestation Regulation (EUDR)

Not sure if the EUDR applies to your business? Use our interactive tool to get a clear answer in under 4 minutes - covering all aspects of the EU Deforestation Regulation.

Your EUDR compliance status

Het toonaangevende ESG-managementplatform voor mid-market enterprises